Het is lastig te voorspellen of je kat een nieuwe kat in huis zal accepteren. Katten, als soort, zijn tijdens het proces van domesticatie in zekere mate wel sociaal flexibeler geworden. Toch zijn er individueel nog behoorlijke verschillen in het gemak waarmee ze andere katten accepteren. Ook is het vermogen om zich sociaal aan te passen een stuk minder bij volwassen katten.

Kat accepteert kitten, maar geeft wel zijn grenzen aan.
Kittens worden vaak makkelijker geaccepteerd dan een vreemde volwassen kat

Hoe beter gesocialiseerd een kat is, des te meer hij zich op zijn gemak voelt in het gezelschap van zowel mensen als andere dieren, inclusief katten. We moeten dit niet verwarren met ‘durf’, wat verwijst naar het zelfvertrouwen dat een kat voelt ten opzichte van zijn omgeving, fysiek en sociaal. Een kat kan dus zelfverzekerd zijn, maar zal niet noodzakelijkerwijs een nieuwe kat accepteren als hij niet sociaal is naar katten. Daarnaast kan een kat zeer sociaal zijn tegenover mensen, maar niet gesteld zijn op het gezelschap van andere katten.

Wetenschappers hebben een aantal factoren geïdentificeerd die beïnvloeden hoe sociaal een kat naar andere katten zal zijn, maar er zijn waarschijnlijk nog veel meer factoren die nog moeten worden onderzocht.

Met deze factoren in het achterhoofd, zijn er een aantal dingen waarover je zorgvuldig kunt nadenken voordat je definitief beslist of je al dan niet een kat erbij neemt. Deze factoren zullen waarschijnlijk allemaal op elkaar inwerken en niet op zichzelf staan. Hoe meer van de onderstaande negen vragen je positief kunt beantwoorden, des te groter de kans dat de nieuwe kat geaccepteerd wordt.

Vragen over de huidige kat(ten)

Beantwoord deze vragen afzonderlijk voor elke kat in je huishouden en de potentiële nieuwe kat.

1. Is de kat een kater of een poes?

Bij vrij buiten rondlopende katten – die niet bij mensen thuis wonen – bestaan groepen meestal uit verwante poezen en hun nakomelingen. De jonge katers verlaten over het algemeen de groep als ze seksueel volwassen worden. Met deze informatie in gedachten zou je ervan uit mogen gaan dat een poes gemakkelijker een andere poes zal accepteren. Dit zijn echter wel allemaal ongecastreerde poezen en katers. Tot nu toe is niet duidelijk wat de invloed van castratie is op deze wijze van groepsvorming.

2. Zijn de katten verwant?

Onderzoeken naar zowel vrijlopende katten als huiskatten tonen aan dat verwante katten de neiging hebben vriendelijker tegen elkaar te zijn dan degenen die niet verwant zijn. Wanneer je katten op verschillende momenten in je leven neemt, is het lastig er twee te krijgen die familie zijn. Als je er over denkt twee katten tegelijkertijd te nemen, overweeg dan twee broers of zussen.

3. Is de huidige kat gecastreerd?

Om nestjes ongewenste kittens te voorkomen is het verstandig katten te castreren, tenzij je fokt met de kat. Een ander voordeel is dat gecastreerde katten over het algemeen veel beter met elkaar overweg kunnen. Ze hebben geen last van geslachtshormonen die het gedrag sterk kunnen beïnvloeden. Bij ongecastreerde katers kunnen dergelijke hormonen bijvoorbeeld de onderlinge concurrentie vergroten en ervoor zorgen dat de kat zijn territorium feller gaat verdedigen.

4. Hoe is de gezondheid (fysiek en mentaal) van de kat?

Je kunt beter even wachten met het nemen van een nieuwe kat als de huidige kat niet goed in zijn vel zit. Katten met verwondingen, ziekten of stress gerelateerde problemen voelen zich zwakker. Een nieuwe kat zal eerder hun gevoel van veiligheid aantasten dan dat het hun leven verrijkt.

5. Hoe oud is de kat?

Over het algemeen is het zo dat hoe jonger de kat, hoe waarschijnlijker het is dat hij een andere kat accepteert. Om deze reden wordt vaak geadviseerd een kitten of adolescent te introduceren bij een volwassen kat, Bedenk echter dat de introductie van een jonge kat bij een oudere kat ook problemen kan geven als de jonge kat zijn behoefte aan spel alleen op de oudere kat richt. Oudere katten hebben doorgaans minder zin om te spelen. In dergelijke situaties is het beter twee kittens te nemen die met elkaar kunnen spelen. Je moet daar echter wel de tijd en middelen voor hebben.

6. Hoe zou je het temperament van de kat beschrijven?

Er is veel onderzoek gedaan naar temperament (persoonlijkheid) bij katten, en net als mensen verschillen katten. Sommigen zijn zelfverzekerd, terwijl anderen timide zijn. Terwijl twee timide katten elkaar mijden of zich juist aan elkaar optrekken, kunnen twee aan elkaar gewaagde katten botsen door te vechten om de bronnen. Er is geen vaste regel welke persoonlijkheden het beste met elkaar kunnen opschieten. Maar het is goed even na te denken over het temperament van je eigen kat(ten) en van de potentiële nieuwe kat(ten). Met name hoe ze reageren op nieuwe dingen en verandering, en hoe sociaal ze zijn.

7. Wat weet ik over de ouders en de vroege ervaringen (eerste 12 levensweken) van de kat?

De persoonlijkheid van een kitten wordt gevormd door zowel de genetica als de omgeving. Kittens van ouders die sociaal en vriendelijk zijn naar andere katten, hebben meer kans ook sociaal en vriendelijk te zijn naar andere katten. Het milieu speelt echter ook een grote rol.
De periode waarin katten het meest openstaan voor het leren over de sociale omgeving (inclusief andere katten) is de socialisatieperiode. De meningen zijn verdeeld over de weken waarin deze periode belangrijk is voor de socialisatie op andere katten. ICatCare geeft aan dat deze van twee tot acht weken is, terwijl meerdere wetenschappers aangeven dat de periode tussen 8 en 12 weken ook zeer belangrijk is voor het leren van nestgenoten hoe je met andere katten om gaat. Feit is dat kittens die in deze periode vriendelijke ontmoetingen hebben met andere katten, meer kans hebben andere katten gedurende hun hele leven als positief te ervaren. Dus, een kat die goed gesocialiseerd was met andere katten tijdens deze gevoelige periode, heeft meer kans om later in het leven andere katten te accepteren. De kans op een dergelijke acceptatie zal waarschijnlijk toenemen als de kat frequent, positieve interacties heeft met andere katten tijdens de kittentijd, adolescentie en volwassenheid.

8. Wat zijn de eerdere ervaringen van de kat als volwassene, met andere katten?

Helaas is het zo dat een kat door slechts één negatieve ervaring bang kan worden voor andere katten. Negatieve ervaringen hebben een groot effect op het leren en het geheugen van katten. Het is dus belangrijk te weten of een van de katten ooit ruzie heeft gehad met katten en hoe dit zijn gedrag tegenover andere katten heeft beïnvloed.

9. Hoe gedraagt de kat zich momenteel naar andere katten?

Als de kat samenwoont met andere katten, hoe zijn de onderlinge relaties dan? En als hij naar buiten mag, hoe gedraagt hij zich tegenover de andere katten daar? Als de kat zich op de een of andere manier angstig of agressief gedraagt, kan het introduceren van een nieuwe kat deze negatieve emoties en gedragingen verergeren.

Extra advies nodig?

De ene kat is de andere niet. Heb je vragen over het introduceren van katten? Hebben je katten ruzie met elkaar? Wil je extra begeleiding bij het kiezen van de juiste kat of bij de introductie? Een kattengedragstherapeut kan je helpen met een advies op maat. Gediplomeerde kattengedragstherapeuten vind je op kattengedragstherapeuten.nl.

Leida Timmer, gedragstherapeut

Bronartikel

Dit artikel is met toestemming van International Cat Care vertaald en door ons voorzien van een aantal aanvullingen. Klik hier voor het originele artikel (Engels).